dinsdag 31 december 2019

Vrouwtje kookt


Één van de favoriete bezigheden van mijn vrouwtje is koken. Ze is er gek op en kan er uren mee bezig zijn. Niet alleen met het koken zelf, maar ook met het zoeken naar recepten of met zelf dingen uitproberen. Echt simpele gerechten komen er maar zelden op tafel. Het moet altijd iets bijzonders zijn. Op een gewone doordeweekse dag bestaat een menu in ieder geval uit drie gangen: soep, hoofdgerecht en als toetje fruit. Zonder soep kan mijn vrouwtje niet leven, zegt ze. Volgens mij kan ze ook van alles soep maken en telkens komt weer een nieuw recept op tafel. Onlangs is ze begonnen met het maken van Chinese soepen. Ik dacht, nou, dat gaat wat worden, maar baasje is er erg over te spreken.




Het vrouwtje heeft een grote keuken met veel pannen, vijf gaspitten, en allerlei spul dat je voor het koken nodig hebt. Je zou eigenlijk denken dat dat meer dan voldoende is. Niets is echter minder waar. Het vrouwtje komt regelmatig pitten, kommen en dergelijke te kort. Ze gaat meestal tekeer alsof ze een of ander chefkok in een sterrenrestaurant is, die voor een stuk of dertig mensen moet koken. Niet normaal.

 
Oisterwijkse bossen en vennen

Nu met de kerst was het ook weer helemaal raak. Voor de soep moesten veel groenten kleingesneden worden. Alleen daarmee was ze al dik een uur bezig. Toen de soep aan het koken was, begon ze met het hoofdgerecht. Het vet van de eendenborst werd vakkundig met een mes door haar van het vlees verwijderd, de zuurkool werd gekookt, de aardappels geschild en de Poolse knoedels werden bereid. Eigenlijk is het baasje niet zo voor zuurkool en daarom krijgt hij vaak andere groenten. Maar er was geen pit meer over. Dus moest baasje noodgedwongen zuurkool eten.




Terwijl het hoofdgerecht aan het koken was, begon vrouwtje aan de volgende stap. Er moest namelijk ook een salade worden gemaakt. Ze had gekozen voor een salade met rode bieten, haring, ui en augurken. Ook die ingrediënten moesten allemaal kleingesneden en vervolgens gemengd worden. De keuken zag er inmiddels uit als een slagveld. Overal snijplanken, kommen, messen, kopjes, nergens meer een vrije plek. Tussendoor moesten zelfs de hulptroepen – in de vorm van het baasje – worden ingeschakeld, die alvast het een en ander moest opruimen. Om al die spullen weer schoon te krijgen, moest twee keer de vaatwasser worden aangezet. Is toch niet normaal, of wel? Het rook weliswaar ontzettend lekker, maar ja, je kan ook alles overdrijven.

 
Ruïne op landgoed Brakel

Gelukkig bleef er tijdens de kerstdagen nog genoeg tijd over om samen iets leuks te doen. Op eerste kerstdag waren we wandelen bij landgoed Brakel, waar we vorig jaar ook met de kerst waren. Dit jaar waren er slechts weinig mensen en ook qua vuurwerk was het vrij rustig. Op tweede kerstdag zijn we naar de Oisterwijkse bossen en vennen gereden, waar het stukken drukker was. In het restaurant van het gebouw van Natuurmonumenten was niet meer één plaats vrij. Maar gelukkig kwamen we toch niet om te eten, maar om een wandeling te maken. We besloten de veertien vennen wandeling te doen die tien kilometer lang is. Wat een prachtig gebied. Het was heerlijk wandelen in het bos en regelmatig had je geweldige uitzichten op een van de veertien vennen. Wat mij betreft kunnen we daar vaker naartoe. De dag na de kerst hebben we nog een wandeling bij landgoed Neerrijnen gemaakt.




Daarna was het helaas afgelopen met het wandelen. Net als ieder jaar verandert ons rustige dorpje direct na de kerst in een oorlogsgebied, waar jongeren zwaargewapend met grote plastictassen vol met vuurwerk door de straten trekken. Op een bepaald punt blijven ze dan staan, steken vuurwerk af, en vervolgens trekken ze verder naar het volgende punt. Overal is geknal te horen. Ik ben daar doodsbang van, durf helemaal niet meer naar buiten. En wij schijnen hier nog geluk te hebben. In andere dorpen en in de steden schijnt het veel erger te zijn.




Dit jaar hebben Romy en ik voor het eerst een adventskalender gehad. Vrouwtje had die bij iemand gezien en wilde ook meteen voor ons eentje hebben. Baasje komt als hij van het werk komt langs diverse winkels, dus werd hij als eerste op pad gestuurd om te kijken. Helaas was de kalender overal uitverkocht. Een paar dagen voor de kerst ging het vrouwtje naar de dierenzaak. Daar hadden ze een uitgebreid kerstassortiment voor ons hondjes en daar lagen ook kalenders. Weliswaar was het nu een beetje laat, want het was al bijna kerst, maar vrouwtje heeft er toch eentje gekocht voor ons samen. We hebben de kalender gewoon omgedoopt tot nieuwejaar kalender. Op die manier weten we ook wanneer eindelijk dat geknal ophoudt. Iedere avond opent het vrouwtje twee deurtjes voor ons. Ik mag dan als eerste een snoepje uit de kalender halen en daarna Romy, die altijd al heel ongeduldig staat te wachten. Kijk, dat is nou een mooie traditie. Tis hartstikke lekker en maakt in tegenstelling tot vuurwerk geen lawaai.

zaterdag 21 december 2019

Nederlands kampioenschap Fhn 2019


Op 24 november was het eindelijk zover: het vrouwtje en ik mochten deelnemen aan het Nederlands Kampioenschap bij de Fhn. Vorig jaar was het NK in Udenhout. Dat is voor ons makkelijk te doen. Dit jaar was er echter voor Hellendoorn gekozen en dat is voor ons bijna twee uur rijden. Dat betekende dat we bijna midden in de nacht moesten opstaan en vertrekken. We wilden immers niet te laat komen. Romy had zich helaas niet geplaatst. Om mee te mogen doen, moet je precies vier vaste parcoursen en vier jumpings uitlopen. Romy had er slechts twee vaste parcoursen en drie jumpings, dus net te weinig. Romy kwam dus alleen voor de gezelligheid mee.

 
Romy en ik op het NK in Hellendoorn tijdens een wandeling

We begonnen met een vast parcours. Dat was een beetje een raar rondje, want diverse toestellen stonden helemaal niet op één lijn. Sprong nummer acht stond helemaal naast het parcours, zo voelde het tenminste. Daardoor raakte ik een beetje in de war en aarzelde even. Hmmm, meneer de scheidsrechter (zo heet de keurmeester bij de Fhn) gaf ons natuurlijk meteen een weigering. Ook de afloop kattenloop ging niet perfect, dus ook nog een fout. Maar voor de rest ging het prima. Eerste plaats.




Daarna moesten we een jumping lopen. Vrouwtje zei al meteen na het verkennen dat ook dat een apart rondje was. Sommige sprongen stonden zo dicht op mekaar, dat het vrouwtje er amper doorheen kon. Ondanks de verwachtingen ging het rondje prima,, tot we bijna aan het eind waren. Daar moest ik een horde van de achterkant nemen. Op zich is dat geen probleem. Nu stonden er echter meerdere sprongen heel dicht op elkaar, waardoor ik niet zo goed doorhad wat nu de bedoeling is. Ik dacht, nou, dan doe ik maar gewoon iets, want als we hier  blijven staan, schiet het niet op. Meteen nadat ik gesprongen was, zag ik dat ik iets gedaan had wat niet klopte. Vrouwtje stond daar met haar handen voor haar gezicht totaal wanhopig te kijken. Sorry vrouwtje, ik had echt de beste bedoelingen, maar de diskwalificatie was helaas een feit.




Het laatste rondje was wederom een vast parcours. Dat wordt altijd in omgekeerde volgorde gelopen. Degene, die op grond van het eerste vast parcours en de jumping op de laatste plaats geëindigd is, moet als eerste beginnen en de beste start als laatste. Wij moesten als een na laatste beginnen. Dat hield dus in dat we op de tweede plaats stonden. Over het algemeen is mijn vrouwtje de rust zelve als we gaan lopen, maar nu was ze echt bloednerveus. Volgens mij heb ik haar nog nooit zo meegemaakt. In onze groep – de B40 – maakten nog drie combinaties kans op de eerste plaats. Alles hing nu dus af van het laatste rondje. Ik had me voorgenomen om de kattenloop deze keer helemaal perfect te doen. En dat lukte. Kort voor het eind – ja, wederom – ging het echter bijna weer fout. Ik miste bijna de schutting. Gelukkig wees vrouwtje die nog net op tijd aan.




Van het laatste rondje worden geen uitslagen meer gepubliceerd, want anders zou iedereen alvast kunnen berekenen op welke plaats je beland bent. Ze willen het natuurlijk een beetje spannend houden. Heel eerlijk gezegd verkeerden wij niet eens echt in spanning, we gingen ervan uit dat we – net als vorig jaar – op de tweede plaats beland waren. Na lang wachten begon eindelijk de prijsuitreiking. Ze begonnen met de derde plaats. Dat waren wij niet. De volgende die opgeroepen zou worden, was de combinatie, die op de tweede plaats geëindigd was. Het vrouwtje en ik stonden al klaar in de startblokken om naar voren te gaan. Tot onze grote verbazing waren wij dat ook niet. En toen was nummer één aan de beurt. Ja, ik heb het zelf gehoord, Gina en vrouwtje waren als eerste geëindigd. Ik kon het bijna niet afwachten om op het podium te gaan staan. Mijn vrouwtje was duidelijk geëmotioneerd. Volgens mij wist ze niet zo goed of ze nu moest lachen of huilen. Mijn vrouwtje en ik: Nederlands kampioen B40. Wie had dat gedacht? Wat ben ik trots op ons. ’s Ochtends hadden we overigens ook al op het podium gestaan. Toen werden de prijzen van de competitie uitgereikt. Hier stonden we wel op een tweede plaats.




Het vrouwtje is er overigens inmiddels ook achter gekomen, waarom wij vorig jaar geen Nederlands kampioen zijn geworden. Bij de Fhn hanteren ze een heel ingewikkeld rekenmodel om punten toe te kennen. Hierbij wordt rekening gehouden met fouten en weigeringen. Voor iedere fout of weigering krijg je maar liefst vijf strafpunten. Doe je langer over een rondje dan de standaard parcours tijd, dan wordt de tijd, die je daar langer over gedaan hebt, bij de uitslagen als strafpunten vermeld. Bij de berekening van de punten zelf, worden die tijdstrafpunten echter niet meegenomen, waardoor je duidelijk een voordeel hebt en meer punten krijgt dan iemand met een gewone fout of weigering. En dat is de reden waarom we vorig jaar slechts tweede zijn geweest. Wij hadden twee fouten en een weigering en nummer één was foutloos, maar veel te langzaam. Maar ja, daar wordt dus niets mee gedaan. Heel apart systeem. 

Op 7 december waren we met Romy naar een wedstrijd in Hoogerheide en toen gebeurde iets ongelofelijks: Romy en het vrouwtje liepen hun laatste u’tje op het vast parcours. Tegenwoordig hoef je niet meteen te promoveren. Als je vijf u’tjes hebt, waarvan twee op het vast parcours, mag je in de eerste graad blijven lopen tot je er in totaal acht u’tjes hebt. Voor het vrouwtje en Romy was dat nu echter precies het achtste u’tje, dus geen keuze meer mogelijk. Op 16 december zijn ze naar de tweede graad gepromoveerd. Begin januari lopen ze de eerste wedstrijd in de tweede graad. Nou, ik ben benieuwd.


donderdag 7 november 2019

Onze eigen diepvrieskast


Het is schandalig. Het is inmiddels begin november en nu pas weer een nieuw bericht van ons. We hadden het gewoonweg zo druk met andere dingen, dat er geen tijd bleef om te schrijven. Er is in ieder geval geweldig nieuws: Romy en ik zijn sinds een paar weken de trotse eigenaren van een eigen diepvrieskast. ‘Wat willen jullie daar dan mee?’, zullen jullie waarschijnlijk nu denken. ‘Is die bedoeld om in de hete zomermaanden wat af te koelen?’ Nou, we doen daar precies hetzelfde mee wat jullie doen, namelijk ons eten invriezen. Daar gaat een lang verhaal aan vooraf.




Romy en ik eten altijd vers vlees. Dat hebben we altijd bij een trimsalon hier in de buurt gekocht, wat buitengewoon praktisch was. Daar kwamen we namelijk iedere vrijdag na de training langs. Het was dus een kwestie van even stoppen en een paar worsten meenemen. Die werden vervolgens thuis in de diepvrieskast van de baasjes opgeborgen. Eind 2017 sloot de trimsalon helaas op die locatie de deuren en verhuisde naar een andere locatie, die veel kleiner was. Ruimte voor een grote diepvries was daar niet, dus stopte de trimsalon ook met de verkoop van ons vlees. Aangezien dat de enige winkel was waar ons vlees werd verkocht, moesten we op zoek naar andere mogelijkheden.




Het vrouwtje ging op internet zoeken. Gelukkig was er snel goed nieuws: het vlees kon ook bij het bedrijf zelf worden besteld. Dat werd dan thuis bezorgd. Het slechte nieuws was dat je voor het bezorgen bijna vijf euro moest betalen. Maar ja, we moeten tenslotte eten. Toen het vrouwtje begin dit jaar weer een bestelling bij dat bedrijf plaatste, bleek dat de bezorgkosten ineens met een euro verhoogd waren. Ongeveer twee maanden later werd de volgende bestelling gedaan. Tot de grote verbazing van vrouwtje waren de bezorgkosten alweer verhoogd en wel met vier euro, waardoor je nu dus bijna tien euro voor het bezorgen moest betalen.




Het vrouwtje dacht dat er een fout in het programma zat, want binnen twee maanden tijd een verdubbeling van de bezorgkosten is wel raar. Dezelfde dag nog stuurde ze een mailtje naar het bedrijf. Binnen een paar uur kwam een reactie terug van een meneer. Die legde uit dat het programma goed werkte en er dus geen sprake is van een fout. Het bedrijf, dat de worsten bij ons thuis bezorgt, heeft de kosten drastisch verhoogd en dat moeten ze helaas doorberekenen aan de klanten. Hij eindigde met: ‘Leveringen van boven de honderd euro worden overigens gratis bezorgd.’ Dat klonk goed, maar ja, er was een probleem. Je moet dan in een keer een groot aantal worsten bestellen. De baasjes hebben slechts een kleine diepvries, zoveel worsten passen daar helemaal niet in. Tja, en zo werd het idee van onze eigen diepvries geboren. De eerste gratis levering hebben we inmiddels ontvangen. Meteen al dertig euro bespaard. Nou dat schiet op, toch?




De afgelopen weken hebben we natuurlijk ook weer verschillende wedstrijden gelopen. Eind september waren we bijvoorbeeld weer in Bemmel, waar ik van de derde graad een competitiewedstrijd had. Het vrouwtje liep op die dag ook met Romy in de eerste graad, dus dan is het allemaal een beetje rommelig. We moesten namelijk in twee verschillende ringen lopen. Soms valt het mee, maar soms moet het vrouwtje ook in twee ringen tegelijkertijd verkennen of lopen. Ook is het niet altijd makkelijk om de ring, waar je niet zit, in de gaten te houden. We zaten met zijn drieën voor de tent naar de combinaties van de eerste graad te kijken. Baasje was eten gaan halen. Ineens horen we een stem uit de luidspreker, die zegt dat nu in de andere ring verkend moet worden door de derde graad medium en small. Oeps, volgens mij ging dat over ons.




Vrouwtje wist niet zo goed wat ze nu moest doen. Je hebt slechts tien minuten de tijd om te verkennen en bij een derde graad rondje heeft het vrouwtje die tijd over het algemeen ook nodig. Vrouwtje zette Romy in de bench en ik werd aan een pin in de tent vastgemaakt. De tent werd dichtgedaan en vrouwtje ging verkennen. Ik zag meteen dat ze de rits aan de onderkant niet goed had dichtgedaan. Nieuwsgierig als ik ben, ging ik meteen kijken en probeerde mijn kop door de opening van de rits te steken. Ging prima. Op die manier kon ik in de gaten houden of ik het baasje al met eten terug zag komen. Toen het baasje eindelijk terugkwam, schrok hij nogal, maar hij moest wel lachen. Het zag er wel grappig uit. Ook het vrouwtje moest lachen en gaf me een dikke knuffel. Het rondje dat we moesten lopen ging overigens heel erg goed. Tweede plaats. Ben er toch een beetje trots op.




Ook voor de rest doen we het eigenlijk prima op de wedstrijden. Op de Fhn wedstrijd in Hellendoorn heb ik drie keer een eerste plaats gelopen. Ook Romy doet het echt goed, maar telkens is er wel iets waardoor ze weer een diskwalificatie lopen. Vorige week zondag ging het bij de jumping gelukkig weer een keer helemaal perfect en liepen ze weer een u’tje. Tja, weer op de jumping. Ze hebben er al zeven in totaal, waarvan zes op de jumping. Alleen het laatste u’tje op het vast parcours missen ze nog. Ik blijf duimen, ooit zal het lukken. Oh, bijna was ik het vergeten. Ik heb namelijk nog supergoed nieuws: het vrouwtje en ik hebben ons wederom gekwalificeerd voor het Nederlands Kampioenschap bij de Fhn, dat binnenkort wordt gelopen. Goed, hè?

donderdag 15 augustus 2019

De laatste dag in de Eifel


Gisteren was het helaas alweer zo ver: de laatste dag in de Eifel was aangebroken. Vorig jaar keek ik naar deze dag uit. Eindelijk weer naar huis. Dit jaar vind ik dat heel erg jammer. Het is hier gewoon fantastisch. Je kan hier overal fijn wandelen, je hebt spectaculaire uitzichten, het is over het algemeen niet echt druk hier. Wat wil een hondje meer? Voor de laatste dag stonden twee dingen op het programma. We zouden naar Bernkastel-Kues gaan, dat aan de Moezel ligt, en we zouden een wandeling maken bij Polch.




In alle reisgids over de Moezel staat dat je Bernkastel-Kues echt gezien moet hebben. Volgens de omschrijvingen is dat een schilderachtig dorp, dat tot de meest geliefde plaatsen langs de Moezel behoort. Ook wij wilden dat een keer zien. Aan de onderkant van het dorp ligt direct aan de Moezel een enorme parkeerplaats. Echt, zoiets heb ik nog nooit gezien. Volgens mij is die groter dan ons hele dorp. Je zou dan eigenlijk denken dat het geen enkele moeite kost om op zo’n grote parkeerplaats een plekje voor ons kleine autootje te vinden. Niet één plek, nergens. We hebben een paar keer rond gereden over de parkeerplaats in de hoop dat in de tussentijd iemand komt die misschien vertrekt. Maar nee hoor. Iedereen bleef staan. Na een half uur zoeken waren de baasjes het zat. We zijn gewoon vertrokken, zonder het dorp gezien te hebben.




Het vrouwtje wilde nog wat foto’s maken van de Moezel. Maar ja, waar? De auto konden we tenslotte niet kwijt. Toen we wegreden, moesten we over een brug rijden. Daar was het gelukkig niet druk. Het vrouwtje heeft gewoon de alarmlichten ingeschakeld, is uitgestapt en heeft een paar foto’s genomen. Juist op dat moment kwam een andere auto. Nou, die man werd echt boos op mijn vrouwtje. Jeetje zeg, je kan toch een beetje begrip tonen voor een paar gekke toeristen. Ik snap best wel dat dat niet zo fijn is als je daar woont en continu toeristen op zo’n brug blijven staan. Maar wat moet je anders? Zijn immers niet voldoende parkeerplaatsen in dat dorp.




Op de parkeerplaats in Polch was het gelukkig stukken rustiger en konden we de auto zonder problemen kwijt. Het vrouwtje had een leuke wandeling gevonden, zei ze, en die heette Paradiesweg Polch. Dat is een wandeling van 7,3 km. Nou, ik was benieuwd. Ik heb al vaker verteld dat wij eigenlijk niet zulke wandelaars zijn en dat is toch een behoorlijke afstand. Maar het was inderdaad de moeite waard. Je loopt voornamelijk langs weilanden. De paden zijn goed begaanbaar met een lichte stijging of daling. En de uitzichten zijn inderdaad prachtig. Je kunt heel ver kijken. Overal groen en niet alles volgestampt met huizen. Zelfs Romy hoorde je niet klagen. Ze heeft gewoon tot het eind vrolijk meegewandeld. Het weer was ook prachtig voor zo’n wandeling. Niet te warm en niet te koud en vooral droog.

 
De blokhut

’s Avonds hebben we nog een korte wandeling gemaakt bij de blokhut. Romy en ik mochten op het grasveld met de bal spelen. En dat was dus onze vakantie. Vanochtend zijn we weer naar huis gegaan. Jammer, was graag nog langer gebleven. Wat een mooie streek. Het vrouwtje heeft deze keer echt haar best gedaan om een leuke vakantiebestemming voor ons te vinden. We zijn allebei superblij met de vakantie. Was echt genieten.

woensdag 14 augustus 2019

Herfst in de Eifel


Zoals ik gisteren al schreef, heb je in de Eifel en Moezel veel prachtige dorpjes. Vanochtend waren we in het dorpje Ediger Eller aan de Moezel. Ook dat is een klein dorpje met veel vakwerkhuizen. De ligging is gewoon fantastisch, direct aan de Moezel. We hebben een gezellige wandeling langs de Moezel gemaakt. Echt prachtig, de Moezelstreek. Hier zijn de bergen veel hoger dan in de Eifel. Soms voel je je hier ook een beetje opgesloten, want je hebt hier vaak een smal dal in het midden en rechts en links hoge bergen. Op de bergen groeien de druiven voor de Moezelwijnen. Hmmm, ik vraag me af hoe de mensen daar naar boven komen om de druiven te plukken. Het is best wel steil.




Daarna zijn we naar Bad Bertrich gegaan, waar je een grot en een waterval hebt. Het was niet zo makkelijk om de waterval te vinden. We stonden op een grote parkeerplaats, waar een kliniek of ziekenhuis was. Daar in de buurt moest het zijn, maar er stond niets aangegeven. Na veel zoeken zagen we aan de onderkant van de parkeerplaats een piepklein bord staan met een pijltje naar links. De waterval was gelukkig niet al te ver weg. Was wel weer zo’n smal hobbelig pad daar naartoe. En wat denken jullie? We komen daar aan en wat zien we? De waterval ligt direct aan de straat, waar we ook met de auto hadden kunnen komen. Hadden we eerder moeten weten. De waterval zelf en de kaasgrot (die heet zo omdat je denkt dat daar kazen liggen) waren verder niet spectaculair.

 
De Moezel bij Ediger Eller

’s Middags waren we nog een keer in Wallenborn bij de Brubbel. Jullie zullen nu wel denken wat moesten ze daar nou voor de tweede keer. Nou, dat is een langer verhaal. Het vrouwtje had de eerste drie dagen flink wat foto’s gemaakt. Als we op vakantie zijn, gaat het baasje tussendoor de foto’s van de geheugenkaart op een harde schijf zetten. Mocht de geheugenkaart het begeven, dan hebben we de foto’s in ieder geval nog. Op de derde avond ging het baasje aan de slag met het uploaden van de foto’s. Ineens krijgt hij een melding, waarin staat dat hij de geheugenkaart moet formateren. Baasje is meteen gestopt en het vrouwtje heeft het kaartje weer in de camera gedaan. Helaas kreeg ze ook daar meteen de melding dat ze de geheugenkaart moet formateren. Of er nog foto’s op staan, weten we dus niet. We hebben daarom besloten om alle locaties van de eerste dagen nog een keer over te doen.




Toen we de eerste keer in Wallenborn waren, was het lekker warm. De zon scheen en iedereen was zomers gekleed. Nu leek het ineens herfst. Het was koel en regende een beetje. Deze keer was het ook veel drukker. Vrouwtje heeft wel foto’s gemaakt, maar helaas met een hoop mensen erop.

 
Meerfelder maar

Daarna zijn we nog een keer naar het Meerfelder maar, waar we ook al eerder waren. Dat vond ik nou helemaal niet erg om over te doen. Prachtige omgeving en je kunt er heel fijn wandelen. Ook hier moest het vrouwtje natuurlijk weer foto’s maken. Romy en ik moesten op diverse boomstammen gaan zitten voor de foto’s. Vonden we helemaal niet erg. We hebben weer heerlijk genoten. Het weer bleef helaas slecht. Toen we terug naar de blokhut reden, viel er behoorlijk veel regen. 


dinsdag 13 augustus 2019

Pfff, druk


De afgelopen dagen hebben we al verschillende dorpjes in de Eifel en Moezelstreek bezocht die echt prachtig waren. Vandaag stond het volgende bezoek aan zo’n sprookjesachtig dorp op het programma. Deze keer gingen we naar Monreal. Ook dat is een klein dorpje met nog geen duizend inwoners. Al die dorpjes hier zijn prachtig, maar Monreal heeft op de een of andere manier iets bijzonders. Je hebt daar huizen die helemaal schuin zijn. Bij sommigen denk je dat de voorkant naar beneden valt. Ziet er echt heel apart uit. De vakwerkhuizen zijn hier ook rood-wit. Oogt een stuk vrolijker.

 
Monreal

Na de bezichtiging van Monreal zijn we naar Daun gegaan. Het vrouwtje moest namelijk een nieuwe geheugenkaart voor haar camera hebben en daar heb je een fotozaak. Je hebt hier vele mooie dorpen, maar weinig winkels. Rechts en links zie je nog een bakker, slager en een kleine supermarkt, voor andere winkels moet je naar een stad en die heb je hier niet in grote aantallen. Daarna wilden we eigenlijk een wandeling maken bij de Dauner maren. Na even gekeken te hebben, besloten we echter dat dat weinig zinvol is. Was weinig bijzonders te zien.




De volgende halte was Cochem aan de Moezel, dat vrij dicht in de buurt ligt. Dat dorp is ongeveer vijf keer zo keer als Monreal, dus eigenlijk ook niet echt groot. Je had echter meteen het gevoel in een grote stad beland te zijn. Overal mensen, auto’s, treintjes voor toeristen waarmee je een rondrit kon maken, restaurants, winkels en noem maar op. Was, zeg maar, de Eifelse variant van Mont-Dore. De andere mensen schenen dat allemaal prachtig te vinden. Die liepen van de ene winkel naar de andere, beladen met zakken en tassen. Overal hoorde je mensen in het Nederlands praten. Wij waren volgens mij de enigen die daar helemaal niets aan vonden. De baasjes hebben in een restaurant iets gegeten en daarna zijn we snel ervandoor gegaan. Niets voor ons, dat Cochem. We gingen terug naar de blokhut om wat uit te rusten. ’s Avonds wilden we namelijk ook nog iets doen.




Gisteravond hebben een wandeling gemaakt om het Ulmense maar. Je hebt in Ulmen ook een Jungfernweiher. Dat is een meer en dus niet van vulkanische oorsprong. Dat is veel groter dan het maar en ook veel mooier. Het is wel een behoorlijke wandeling om het meer, maar we waren vastbesloten om helemaal rond te wandelen.

 
Jungfernweiher Ulmen

Helaas kan je op de meeste plekken niet dicht bij het water komen. Je hebt overal riet bij het water. Is dus niet zo verstandig om daar te komen. Beetje jammer, want wij vinden water altijd leuk. Zwemmen is niets voor ons, maar pootjesbaden is echt ons ding. Deze keer vonden we dat echter niet erg. Je had overal kronkelende paden en daarnaast veel ruimte voor ons om te rennen. Gelukkig ook weinig mensen die we konden verstoren.




Op een paar plekken kon je wel wat dichter bij het water komen. Daar had je een steiger en bootjes. Zag er mooi uit. Dit is nou echt vakantie. Lekker rennen met elkaar, wandelen, lol hebben. Romy en ik hebben er volop van genoten.

maandag 12 augustus 2019

Roscheider Hof en Irreler watervallen


Vanochtend stond een bezoek aan het openluchtmuseum Roscheider Hof in Konz op de planning. Dat is een stuk kleiner dan het openluchtmuseum in Arnhem, maar niet minder interessant. Ze hebben daar klein dorpje en een gehucht, met allerlei gebouwen die van binnen bezichtigd konden worden. Er was bijvoorbeeld een café en het huis van een weversgezin. Romy en ik mochten helaas niet mee naar binnen. De baasjes moesten dus om de beurt gaan kijken.




Een kamer van vroeger

Het leukst was het grote hoofdgebouw. Daar was een winkelstraat, met onder andere een hoedenwinkel, de spreekkamer van een dokterspraktijk, dames- en herenmodezaak, een lampenmanufactuur enzovoort. Ook was er een architectenkantoor uit de tijd waar architecten nog aan de tekentafel huizen ontwierpen. De winkelstraat was zodanig opgezet, dat je je meteen decennia terug in de tijd gezet voelde.




In het hoofdgebouw waren ook verschillende beroepen uit de twintigste eeuw te zien. Je had een bakker, slager, een apotheek waar talloze bruine flesjes stonden, een praktijk van een tandarts met heel aparte apparatuur en een kruidenierswinkel. Daar kochten mensen vroeger hun levensmiddelen. De kruidenier had echter ook een sociale functie, want hier hoorde je ook hoe het met een zieke dorpsbewoner ging en of de koe van een boer al gekalfd had. Sociale media kenden ze in die tijd immers niet. Jammer dat Romy en ik ook hier niet mee naar binnen mochten.

 
Irreler watervallen

’s Middags zijn we naar Irrel gereden, waar de gelijknamige watervallen liggen. Nou ja, waterval is eigenlijk een te groot woord, het is eerder een soort stroomversnelling. We hoefden niet ver te wandelen, het is slechts een klein stukje lopen vanaf de parkeerplaats. Er zijn twee mogelijkheden om de waterval te bekijken: je kan op een houten brug gaan staan en de waterval van bovenaf bekijken, of je blijft beneden en bekijkt de waterval van daar uit. In het laatste geval houdt dat echter in dat je over een hoop keien moet klimmen. Voor Romy en mij is dat totaal geen probleem. Wij vonden dat superleuk. Is ook niet zo moeilijk met vier pootjes. De mensen hebben er meer moeite mee. Soms niet zo handig om slechts op twee beentjes te lopen. Het baasje probeerde het op mensenmanier, dus op twee benen. Ging niet zo denderend. Het vrouwtje was slimmer. Die gebruikte ook haar handen en dat ging echt goed.




Vanavond hebben we een wandeling gemaakt om het Ulmense maar. Dat is vrij klein en daar valt ook weinig te zien. Vonden wij niet zo erg. Wandelen is altijd leuk, maakt ons niet uit waar. 

Het Ulmense maar

zondag 11 augustus 2019

Niet alles klopt


Vóór we op vakantie gaan, gaat het vrouwtje op internet uitzoeken wat we allemaal kunnen bezichtigen. Overal stond dat je naar burcht Satzvey moet als je in de Eifel bent. Volgens de omschrijvingen is dat namelijk ‘één van de mooiste waterkastelen’ en dat moet je dus gezien hebben. Rondleidingen zijn uitsluitend in het weekend.

 
Burcht Satzvey

Vanochtend vertrokken we daarom naar Mechernich. Het was nog een behoorlijke afstand, maar ja, voor zo’n prachtig kasteel moet je wat over hebben. Toen we bij het kasteel aankwamen, moesten we eerst een parkeerplaats zoeken. Was niet zo makkelijk, want je hebt er amper parkeerruimte. Vreemd. Waar moeten al die mensen hun auto kwijt? Het kasteel zag er aan de buitenkant niet onaardig uit. Voor de rest was er helaas absoluut niets te doen. Er was geen bezichtiging en je kon er ook niet omheen wandelen. Dat was echt een teleurstelling. Er waren ook bijna geen mensen. Na vijf minuten zijn we weer vertrokken.

 
Blankenheim

Gelukkig hadden we nog meer punten op de lijst staan. We gingen vervolgens naar Blankenheim. Dat ligt aan de westrand van het Ahrgebergte, daar heb je veel vakwerkhuizen en bovendien is dat de bron van de rivier de Ahr. Ook hier was het overigens uitzonderlijk rustig. Het dorpje was inderdaad de moeite waard. Toen we in de buurt van de kerk waren, kwamen we twee nonnen tegen, met wie de baasjes aan de praat raakten. Het vrouwtje zei op een gegeven moment dat ze Blankenheim echt een mooi dorp vindt. Één van de nonnen legde meteen uit dat het woord ‘dorp’ een belediging is. Dat wil men hier absoluut niet horen. Blankenheim is een ‘Fleck’ en geen dorp. Geen idee wat een ‘Fleck’ is. Misschien zoiets als een gehucht? Blankenheim heeft zo’n achtduizend inwoners, dus voor een gehucht is dat een beetje groot. Allemaal een beetje raar. Voor ons is dat gewoon een dorp. Klaar.




Volgens internet is klooster Niederehe in Űxheim ook iets dat je absoluut gezien moet hebben als je in de Eifel bent. Dat zou namelijk ‘bijzonder bezienswaardig’ zijn. Onze verwachtingen waren dus groot. Het klooster zag er leuk uit aan de buitenkant, maar het wauw-effect had het toch niet. Hetzelfde gold voor de binnenkant. Dus ook hier waren we relatief snel klaar.




In de buurt van Űxheim is ook een waterval: de Dreimühlen waterval. Die wordt overigens ook de Nohner waterval of Drömmeler Spröetz genoemd. Internet had ons al van tevoren gewaarschuwd: de waterval zelf is eigenlijk niets bijzonders. Er is wel iets bijzonders mee aan de hand. De waterval groeit namelijk jaarlijks tussen de 8 en 10 centimeter. Of dat echt klopt, kunnen we niet controleren. Misschien moeten we over een paar jaar nog een keer gaan kijken.

 
Klooster Niederehe

Het was niet zo makkelijk om de waterval te vinden. Is altijd de ellende met watervallen, want die zijn altijd ergens in een bos en daar heb je geen straatnamen. Het vrouwtje had wel een adres opgeschreven, maar dat bleek niet te kloppen. Ons navigatiesysteem stuurde ons de verkeerde kant op. Na wederom op internet gezocht te hebben, lukte het uiteindelijk om de parkeerplaats te vinden. En daarna moesten we wandelen.




Er waren twee wandelroutes: eentje van 400 meter en eentje van 2 kilometer. We kozen voor de korte route. Al snel ontdekten we dat dat de route was voor de echte sportievelingen. We moesten op een smal pad lopen, dat omhoog en omlaag ging en waar je van alles tegenkwam: boomstammen, stenen, rotsen. Voor ons liep een groepje Belgen. De dames van dat groepje hadden sandalen aan, die totaal niet geschikt waren voor zo’n klimpartij. Je hoorde ze ook continu roepen ‘ik durf dat niet’ en ‘ik glijd uit’. Leedvermaak is natuurlijk niet netjes, maar we hebben er wel ontzettend om moeten lachen.




Bij de waterval was het behoorlijk druk. Was inderdaad niet echt spectaculair, maar wel leuk om te zien. Op de terugweg kozen we voor de lange route. Dat was een weg door het bos met een breed pad, waar we heel gezellig naast elkaar konden lopen. Tja, de kortste route is dus niet altijd de slimste keuze.




’s Avonds was het gelukkig droog. We besloten om hier in de omgeving een beetje te wandelen. We zitten hier boven op een berg en de boerderij is het enige gebouw in de omgeving. Je kan op een smal weggetje naar beneden wandelen, langs de vlierbessenbomen. Op een gegeven moment kwamen we op een groot grasveld terecht en aan het eind daarvan zou een beek liggen. Stond echter geen water in. Ons maakte het niet uit. Romy en ik konden heerlijk rennen op dat grasveld. Was echt genieten. Wat een super vakantie is dit toch. Ben helemaal blij.

zaterdag 10 augustus 2019

Toch weer afgronden


Zoals ik gisteren al vertelde, ligt het dorpje Alflen direct in de buurt van de Moezel. Het is van hier uit slechts 18 Kilometer naar Cochem. Dat is heel fijn, want op die manier kunnen we van beide gebieden iets zien. Inmiddels weten we al dat het weer in beide gebieden totaal verschillend is. Hier in de Eifel is het een stuk kouder en regent het kennelijk vaker. Aan de Moezel schijnt veel vaker de zon. Daar heb je ook bijna overal wijnbergen, die hebben veel zon nodig.

 
Beilstein

Vanmorgen zijn we eerst naar de Moezel gegaan. Daar ligt het dorpje Beilstein. Is echt piepklein, heeft slechts 131 inwoners. Dat dorpje is echt prachtig. Overal waar je kijkt zie je vakwerkhuizen, die typisch zijn voor deze streek. Alle huizen zijn verschillend. Bij sommige huizen is het hout helemaal recht, maar je hebt ook huizen waar dat allemaal heel schuin is. Heel grappig. Het vrouwtje was bang dat daar veel toeristen op af zouden komen en daar was ze niet zo blij mee. Het vrouwtje wil namelijk altijd foto’s maken en met talloze toeristen is dat niet zo makkelijk. Het viel echter reuze mee met de drukte. Een paar fietsers en verder was het rustig.




Daarna zijn we naar het dorp Treis Karden gegaan. Ook dat ligt aan de Moezel. Het dorp zelf was niet zo interessant. Wij kwamen daar om de kerk St. Castor te bezichtigen. Die was niet onaardig, maar ook weer niets bijzonders, vonden de baasjes. Ik denk dat zij een beetje verwend zijn geraakt sinds we in Beieren waren, want daar was de ene kerk mooier dan de andere.

 
Burcht Metternich in Beilstein

We zijn verder gereden naar Wierschem, waar burcht Eltz ligt. Dat is een sprookjesachtige burcht, die op een steile rots ligt. Het vrouwtje maakte zich daar wel zorgen over, want hoe kom je bij de burcht? Toen we daar aankwamen, zagen we dat er twee mogelijkheden waren. Je kunt naar de burcht lopen, of je kunt met een shuttlebus gaan. De keuze was snel gemaakt. Toen we op de parkeerplaats uitstapten, zag het vrouwtje aan de ene kant diepe afgronden. Om naar de burcht te komen, moest je langs die afgronden wandelen. No way. Dat zag ik mijn vrouwtje echt niet doen. Het werd dus de shuttlebus.




De reis met de bus was echter ook angstaanjagend. Om naar de burcht te komen, moet de bus op een weg rijden die steil onlaag gaat. Overal zijn krappe bochten. De bus kon slechts in de eerste versnelling rijden en de chauffeur moest continu remmen. Mijn vrouwtje werd helemaal bleek en ook ik had er niet zo’n goed gevoel bij. Gelukkig duurde de rit slechts een paar seconden, maar we waren echt blij toen we weer konden uitstappen.

 
Burcht Eltz

Het vrouwtje wilde de burcht graag bezichtigen. Ze had er echter weinig vertrouwen in dat dat lukt. Ze durfde amper naar de burcht te lopen, direct naast de muren van de burcht waren diepe afgronden. Wat doe je in zo’n geval? Precies: je stuurt eerst de baas op de rondleiding, zodat hij de situatie kan verkennen. Echt iets voor mijn vrouwtje. Wij gingen met zijn drieën in een hoekje op een trap zitten. Een uur later kwam het baasje weer terug. Vrouwtje zou niet eens bij de ingang komen, vertelde hij. Overal afgronden. Nee, dat zag mijn vrouwtje niet zitten. Dus dan maar geen bezichtiging. We zijn terug naar de bushalte. Nu moest het busje de berg weer op, wat net zo eng was. Nou, voor ons hoeft burcht Eltz niet meer. Was er ook stervensdruk.

 
Landschap bij het Laacher meer

Daarna zijn we nog een keer naar de abdij Maria Laach om daar een rondwandeling te maken. Helaas begon het op weg daarnaartoe al licht te regenen en toen we daar aankwamen was het behoorlijk aan het regenen. De baasjes besloten om eerst iets te gaan eten. Gelukkig werd de regen minder en toen de baasjes klaar waren met eten begon de zon weer te schijnen. We hebben een leuke wandeling gemaakt.

 
Abdij Maria Laach

We verheugden ons op een avond op ons terras. Helaas begon het al op de vroege avond te onweren en niet een beetje ook. De hemel was helemaal grijs. Het prachtige Eifel landschap verdween uit het zicht en veranderde in een grijze massa. En het bleef regenen. Helaas geen terras voor ons. Laten we hopen dat het morgen weer beter is.