Tosha en
Ayda waren nogal teleurgesteld dat we niets bijzonders hebben gedaan op hun
verjaardag. Kan ik me iets bij voorstellen, want het is toch wel fijn als daar
een beetje aandacht aan wordt besteed. Ikzelf wist al dat dat helemaal goed zou
komen. Het vrouwtje had mij namelijk al verteld dat er binnenkort een
sheltiewandeling op het programma stond. Maar ja, ik mocht natuurlijk niets
verklappen. Die wandeling werd georganiseerd door de sheltievereniging van
regio west en vond plaats op het strand van Oostvoorne. Zaterdagochtend
vertrokken we dus met zijn allen naar het westen van ons land.
In
Oostvoorne zijn we nog nooit geweest. Meestal gaan we naar Rockanje, dat direct
in de buurt ligt. Als je vanuit Rockanje naar rechts wandelt - wat we meestal
doen - kom je vroeg of laat uit in Oostvoorne, maar dat is wel een heel eind.
Wij keren over het algemeen halverwege weer om. We waren dus reuze benieuwd.
Na bijna
anderhalf uur in de auto te hebben gezeten kwamen we in Oostvoorne aan. Er
waren voldoende gratis parkeerplaatsen en direct achter het parkeerterrein was
het restaurant, waar we met zijn allen afgesproken hadden. Veel van onze
vrienden waren ook gekomen, onder andere mijn oud trainingsmaatje Yentle, met
wie ik jarenlang samen bij trainer Jan heb getraind. Heel fijn om haar weer een
keer te zien. Na een kopje koffie met koekje voor de baasjes en wat
huishoudelijke mededelingen kon de strandwandeling beginnen.
Om bij het
strand te komen moesten we eerst door de duinen wandelen. Nou ja, wandelen is
in dit geval eigenlijk niet het juiste woord. Het was eerder een soort
survivaltraining. Door de vele regen van de afgelopen tijd bestond het pad
grotendeels uit grote plassen water en overal was modder. De mensen van de
organisatie hadden aangegeven dat wij hondjes daar nog niet los mochten, dus
moesten we met het vrouwtje continu om de plassen en modder heen slingeren. Er
kwam ook geen eind aan. Nou, ik vind wandelen leuk, maar als we naar het strand
gaan, dan wil ik niet eerst uren door een duinengebied lopen. Daar komen we
immers niet voor. Continu aan de riem moeten lopen is bovendien ook niet zo
leuk.
Na
ongeveer een half uur riep iemand dat we nu eindelijk op het strand gearriveerd
zijn. En inderdaad, we zagen strand, strand en nog meer strand. Alleen geen zee.
Heel ver weg - we hadden beter de verrekijker van het vrouwtje kunnen meenemen
- zagen we in de verte iets dat op water leek. Nou ja, als ik er goed over
nadenk heette het natuurlijk strandwandeling. Niemand had gezegd dat daar ook
de zee bij hoort. Anders zou het misschien ‘langs zee wandeling’ heten.
Kennelijk hadden we dat letterlijk moeten opvatten.
Ook zonder
water hadden we veel lol. Het strand was eindeloos breed en lang, we konden
rennen zoveel we wilden. Na bijna anderhalf uur waren we uitgerend en
vertrokken weer richting het restaurant. Op de terugweg mochten we gelukkig
gewoon los lopen. Er stonden nergens borden dat dat niet mocht. Romy en Ayda
hadden al snel het spel ontdekt ‘wie kan door de meeste plassen rennen en ziet
er dan het smerigst uit’. Nou, drie keer raden wie de winnaar van deze
wedstrijd was. Weer onze Benjamin. Ik weet echt niet wat het is, maar Ayda ziet
er altijd het vuilst uit, ook al doen we allemaal hetzelfde. Zal wel door de
korte pootjes komen.
Weer bij
het restaurant aangekomen, kregen wij eerst een grote schaal met water. Ook de
baasjes verheugden zich op iets te drinken en te eten. Toen stond ons echter de
volgende teleurstelling te wachten. De eigenaar van het restaurant had er geen
rekening mee gehouden dat onze hele groep na de wandeling nog een keer terug
zou komen. Er was dus helemaal geen plek voor ons. Veel mensen vertrokken dus
gelijk, wat erg jammer was. Wij stonden nog met een klein groepje buiten erover
na te denken wat we nu het beste kunnen doen. Buiten was nog plek genoeg, dus
werd uiteindelijk besloten om daar te gaan zitten. Het was niet echt mooi weer.
Geen zon en veel wind, dus in principe niet het weer waar je op een terras gaat
zitten. Maar ja, bij gebrek aan andere mogelijkheden was dat de beste optie.
Het baasje
had al van tevoren op het net de menukaart bekeken. Hij was er niet echt kapot
van, want bijna alle gerechten bestonden uit iets met zeewier. Hij koos dus
voor een veilig gerecht: omelet met spek. Het vrouwtje koos een driegangenmenu
met soep, brood en carpaccio. De soep was een uiensoep, iets wat het vrouwtje
normaal gesproken altijd erg lekker vindt. Moet wel de echte Franse zijn, met
donkere boullion, een stuk geroosterd brood en overbakken met kaas. Die
uiensoep leek daar in de verste verte niet op. Volgens het vrouwtje hebben ze
het water, waarin ze de uien hebben gekookt, gewoon als soep opgediend. De twee
sneetjes brood zagen er wel lekker uit, maar daar zat een heel onsmakelijk
beleg op. Wat het precies was weten we niet. Het leek op paprika, maar smaakte
vreselijk zoet en helemaal niet naar paprika. Gelukkig was de carpaccio wel
lekker. Ook het baasje was niet te spreken over zijn omelet. Totaal geen smaak.
Anderen hadden voor een tosti gekozen. Ook die waren absoluut niet enthousiast.
Het was
weer erg gezellig om veel van onze vrienden weer een keer te zien, maar voor de
rest hoeft Oostvoorne voor ons niet meer. Volgende keer toch weer gezellig naar
Rockanje, waar je strand met zee hebt en de keuze uit twee restaurants die
allebei erg lekker eten hebben.