Toen
we vanochtend opstonden was het aan het regenen en niet een beetje ook. Het
water viel met bakken uit de hemel. Dat is hier niet zo leuk, want zoals ik al
vertelde zitten we hier boven op een berg, waar nergens asfalt is. Voor de
voordeur is het een en al blubber. De vraag was nu: wat gaan we vandaag doen?
De baasjes zijn eigenlijk niet zo onder de indruk van slecht weer. Kort vóór de
vakantie hebben zij nieuwe regenjassen gekocht, zodat ze bij ieder weer op pad
kunnen. Na het ontbijt werd dus ook besloten dat we vandaag de andere twee
kastelen van koning Lodewijk, die we gisteren al vanaf het meer hadden gezien,
zouden bezichtigen.
Op de
plaatsen, waar we tot nu toe waren, was het eigenlijk vrij rustig. Er waren weliswaar
rechts en links een paar toeristen, maar dat viel eigenlijk reuze mee en in de
dorpjes was bijna niemand. Wat een verschil met vandaag. We waren er eigenlijk
vrij vroeg, maar desondanks moesten we zoeken vóór we een plek op één van de
talloze parkeerplaatsen hadden gevonden. Overal bussen, waar voornamelijk
mensen uit Azië in zaten. Het was stervensdruk!
Samen
met al die andere toeristen maakten we ons op weg naar het eerste kasteel. Na
een beetje op een straat te hebben gewandeld, moesten we door een bos
verdergaan. Het ging steil omhoog en werd telkens steiler. De hele wandeling
zou – mits je een goede conditie hebt – zo’n half uur duren. Al snel zag ik dat
mijn baasje dat niet zou trekken. En inderdaad! Na een paar minuten gewandeld
te hebben, bleef hij ineens staan en zei dat hij er nu genoeg van heeft. Het
regende bovendien pijpenstelen, dus het was verre van leuk. Tot grote verbazing
van veel andere mensen, keerden we om.
Terug
op de verharde weg, besloten de baasjes ondanks het slechte weer, toch nog naar
de Alpsee te gaan, die een paar meter verderop ligt. Volgens verschillende
reisgidsen schijnt dat een meer te zijn met prachtige uitzichten. Helaas hebben
we daar niet al te veel van gezien door de regen. Alles was grijs en je had het
gevoel dat het bijna nacht is.
Een
paar zwanen en eendjes kwamen nieuwsgierig kijken toen we langs het meer
liepen. Hè, dat is leuk, die heb ik nog nooit van zo dichtbij gezien. Romy en
ik wilden meteen kennis maken met die schattige diertjes. Dat mocht echter niet
van het vrouwtje. Mijn vrouwtje heeft toen ze kind was namelijk een
traumatische ervaring met zwanen opgedaan en sindsdien is ze wat huiverig van
die diertjes. Ze was toen met haar mama bij een meer zwanen aan het voeren.
Ineens kwam een zwaan met kleintjes en die kwam achter de mama van mijn
vrouwtje aan. We mochten wel van een afstand kijken en dat was ook leuk.
Gelukkig
hield het op een gegeven moment op met regenen. De baasjes hadden het echter
helemaal gehad met die kastelen. Ze hebben een hekel aan grote mensenmassa’s en
talloze toeristen, die overal met hun camera staan. Het besluit was dus snel
genomen: we zouden naar een bestemming vertrekken, waar minder toeristen op af
kwamen. We gingen naar klooster Irsee, dat in de gelijknamige plaats Irsee
gelegen is. Onderweg hadden we overigens schitterend uitzicht op de twee kastelen, dus
snel stoppen, uitstappen en een paar foto’s maken. Prachtige foto’s en vooral
geen ene toerist op te zien.
En
inderdaad, daar was het heerlijk rustig, bijna geen mensen. Maar heel eerlijk
gezegd viel daar ook niet veel te doen, maar we hadden in ieder geval geen last
van andere mensen. Wat ze daar wel hadden, was een heel leuk restaurant en dus
besloten de baasjes om een hapje te gaan eten.
Weissensee |
Met
het eten is het hier wat avontuurlijk, hoorde ik de baasjes zeggen. Ze hebben
namelijk vaak geen flauw idee wat ze eigenlijk bestellen. Op de menukaarten
staan veel Beierse gerechten, waarvan zij nog nooit hebben gehoord. Ook nu
stonden er hele rare dingen op. Drie soorten soep, met hele aparte benamingen.
De baasjes besloten om voor de Flädlesuppe te gaan. Ze gokten dat dat gewone
vermicellisoep is, want bij ons staat die eigenlijk op iedere menukaart. Nou
zeg, het was wel lachen toen de soep gebracht werd. Zaten echt geen vermicelli
in, maar ander raar spul. De baasjes proefden, was wel hartstikke lekker en
smaakte een beetje naar brood. Dus misschien was dat broodsoep? Apart, maar ja,
het kan. Later hebben de baasjes op internet gezocht. Toen bleek dat geen brood
te zijn, maar kleingesneden pannenkoek. De baas vond de soep zo lekker dat hij
tegen het vrouwtje zei dat ze die thuis ook een keer moet klaarmaken. Dus
binnenkort staat er ook bij ons thuis waarschijnlijk pannenkoekensoep op de
menukaart.
Na in
het huisje wat uitgerust te hebben, hebben we vanavond nog een wandeling
gemaakt om de Weißensee. Wat een heerlijke afsluiting van de dag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten