Gisteren was het
helaas alweer zo ver: de laatste dag in de Eifel was aangebroken. Vorig jaar
keek ik naar deze dag uit. Eindelijk weer naar huis. Dit jaar vind ik dat heel
erg jammer. Het is hier gewoon fantastisch. Je kan hier overal fijn wandelen,
je hebt spectaculaire uitzichten, het is over het algemeen niet echt druk hier.
Wat wil een hondje meer? Voor de laatste dag stonden twee dingen op het
programma. We zouden naar Bernkastel-Kues gaan, dat aan de Moezel ligt, en we zouden
een wandeling maken bij Polch.
In alle reisgids
over de Moezel staat dat je Bernkastel-Kues echt gezien moet hebben. Volgens de
omschrijvingen is dat een schilderachtig dorp, dat tot de meest geliefde
plaatsen langs de Moezel behoort. Ook wij wilden dat een keer zien. Aan de
onderkant van het dorp ligt direct aan de Moezel een enorme parkeerplaats.
Echt, zoiets heb ik nog nooit gezien. Volgens mij is die groter dan ons hele
dorp. Je zou dan eigenlijk denken dat het geen enkele moeite kost om op zo’n grote
parkeerplaats een plekje voor ons kleine autootje te vinden. Niet één plek,
nergens. We hebben een paar keer rond gereden over de parkeerplaats in de hoop
dat in de tussentijd iemand komt die misschien vertrekt. Maar nee hoor.
Iedereen bleef staan. Na een half uur zoeken waren de baasjes het zat. We zijn
gewoon vertrokken, zonder het dorp gezien te hebben.
Het vrouwtje wilde
nog wat foto’s maken van de Moezel. Maar ja, waar? De auto konden we tenslotte
niet kwijt. Toen we wegreden, moesten we over een brug rijden. Daar was het
gelukkig niet druk. Het vrouwtje heeft gewoon de alarmlichten ingeschakeld, is
uitgestapt en heeft een paar foto’s genomen. Juist op dat moment kwam een
andere auto. Nou, die man werd echt boos op mijn vrouwtje. Jeetje zeg, je kan
toch een beetje begrip tonen voor een paar gekke toeristen. Ik snap best wel
dat dat niet zo fijn is als je daar woont en continu toeristen op zo’n brug
blijven staan. Maar wat moet je anders? Zijn immers niet voldoende
parkeerplaatsen in dat dorp.
Op de
parkeerplaats in Polch was het gelukkig stukken rustiger en konden we de auto
zonder problemen kwijt. Het vrouwtje had een leuke wandeling gevonden, zei ze,
en die heette Paradiesweg Polch. Dat is een wandeling van 7,3 km. Nou, ik was
benieuwd. Ik heb al vaker verteld dat wij eigenlijk niet zulke wandelaars zijn
en dat is toch een behoorlijke afstand. Maar het was inderdaad de moeite waard.
Je loopt voornamelijk langs weilanden. De paden zijn goed begaanbaar met een
lichte stijging of daling. En de uitzichten zijn inderdaad prachtig. Je kunt
heel ver kijken. Overal groen en niet alles volgestampt met huizen. Zelfs Romy
hoorde je niet klagen. Ze heeft gewoon tot het eind vrolijk meegewandeld. Het weer
was ook prachtig voor zo’n wandeling. Niet te warm en niet te koud en vooral
droog.
’s Avonds hebben
we nog een korte wandeling gemaakt bij de blokhut. Romy en ik mochten op het
grasveld met de bal spelen. En dat was dus onze vakantie. Vanochtend zijn we
weer naar huis gegaan. Jammer, was graag nog langer gebleven. Wat een mooie
streek. Het vrouwtje heeft deze keer echt haar best gedaan om een leuke
vakantiebestemming voor ons te vinden. We zijn allebei superblij met de
vakantie. Was echt genieten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten